Ze kunnen stelen en schieten, maar velen zijn nooit naar school geweest en hebben geen idee hoe ze buiten hun eigen wijk zouden moeten functioneren. Ze dragen dure merkkleding, maar spreken alleen het dialect van Napels en geen Italiaans. Ze spenderen dagelijks honderden euro's in bars, maar kunnen niet klokkijken. Het is een ontluisterend beeld dat Silvia Ricciardi van de Jonathan-tuchtschool voor kinderen van plaatselijke maffialeiders schetst van de bewoners.
De meeste jongeren die er arriveren hebben op hun veertiende of vijftiende al een behoorlijk strafblad en een volwassen stoerheid, maar Ricciardi weet ook dat ze 's nachts in hun nachtmerries schreeuwen omdat ze achtervolgd worden: 'Pak het wapen, pak het wapen....'. 'Ze herbeleven in hun dromen wat ze op straat hebben meegemaakt.'